Als je regelmatig groentesoep eet, krijg je een ruime hoeveelheid vitaminen, mineralen en vezels binnen. Soep op basis van verse groenten of diepvriesgroenten bevat relatief weinig vet en energie, zolang je niet overdrijft met room of grote hoeveelheden vet. Omdat groentesoep doorgaans rijk is aan water, draagt het ook bij aan je vochtinname. Daarnaast zorgen soepen met stukjes groenten voor een groter verzadigingsgevoel dan sterk gepureerde varianten.
Er is recent onderzoek dat laat zien dat meer groenten en fruit in het dieet samenhangt met een lagere bloeddruk en verbetering van hart- en nierfunctie. Groentesoep kan dan een praktische manier zijn om je groente-inname te verhogen.
Smaak begint meestal met aromaten: ui, knoflook, prei of selderij. Als je die eerst zacht aanbakt, voordat je de andere groenten en de bouillon toevoegt, ontwikkelt zich een rijkere basis. De keuze van groenten maakt uit: harde groenten hebben meer kooktijd nodig, bladgroenten kun je later toevoegen om hun kleur en textuur te behouden.
Ook de verhouding groenten-water en de keuze van bouillon matters. Bouillonblokjes kunnen handig zijn, maar ze bevatten vaak veel zout. Gebruik liever een zelfgemaakte bouillon of kies een zoutarm blokje als je dat gebruikt. Wanneer je groenten te lang kookt, gaan sommige vitamines verloren; houd de kooktijd daarom zo kort als mogelijk, totdat de groenten zacht maar niet papperig zijn.
Hoewel groentesoep veel goeds biedt, is het slim om te letten op zoutgehalte, vet, en de hoeveelheid toegevoegd zuivel. Room of crème fraîche kan de soep romiger maken, maar verhoogt ook de calorieën en het vet. Voor mensen met een beperking in zoutinname of nierproblemen is een zoutarme bouillon aanbevolen. Verder geldt: laat de soep niet te lang buiten de koelkast staan. Bij kamertemperatuur buiten bewaren kan leiden tot bederf; gekoeld bewaren of invriezen is beter als je niet alles meteen opeet.
Extra tips:
Er is een toenemende aandacht voor “no waste” koken, waarbij restjes groenten worden gebruikt in de bouillon of soep zelf. Ook wordt vaker gekozen voor seizoensgroenten: minder transport, vaak meer smaak en betere prijs. Vegetarische of plantaardige varianten winnen aan populariteit: minder zuivel, meer peulvruchten als vulling, of plantaardige vervangers voor room.
Wanneer je groentesoep maakt, begin je best met de groenten die het langst moeten garen. Voeg later de rest toe. Proef regelmatig en pas kruiden of zout aan aan het eind. Als je soep wilt binden, kun je aardappelen of zetmeelrijke groenten gebruiken in plaats van room. Pureer alleen als je dat wilt; een soep met stukjes biedt meer textuur. Bewaar restjes snel gekoeld en vries soep in als je weet dat je later niet alles opeet.
Groentesoep lijkt simpel, maar als je aandacht besteedt aan welke groenten en bouillon je gebruikt, hoeveel je kookt, en hoe je bewaart, dan kun je iets lekkers en voedzaams eten. Het is geen snelheidswedstrijd; tijd nemen voor stoven, juiste volgorde, en goede smaakmakers betaalt zich uit.
Ingrediënten
Bereiding
Geniet ervan als lunch of lichte maaltijd; brood erbij kan de soep net wat meer invulling geven zonder dat je teveel hoeft toe te voegen aan de soep zelf.