Volgens meerdere betrouwbare bronnen geldt dat snijbonen gemiddeld in 8 tot 13 minuten gaar zijn. Die variatie hangt vooral af van de dikte van de bonen of stukjes en hoe gaar je ze wilt: knapperig of wat zachter. Snijbonen die je in boogjes van 1,5 tot 3 centimeter snijdt, garen sneller. Dikke of hele bonen vragen soms tot 12 minuten.
Een concrete richtlijn die vaak wordt genoemd: kook gesneden snijbonen zo’n 8 tot 12 minuten in water met een snufje zout. Even proeven is belangrijk: ze moeten zacht zijn maar nog steeds een bite hebben. Volgens Allerhande zijn de bonen bij zo’n 6 minuten al beetgaar, mits je ze niet te grof snijdt en kort kookt zonder deksel, waarna je ze zo afspoelt onder koud water om het garingsproces te stoppen.
Onder normale omstandigheden kun je uitgaan van 6 tot 10 minuten, waarbij dikke bonen en grotere stukken wat langer duren en fijnere reepjes sneller gaar zijn.
Extra tips:
De kooktijd hangt af van een paar dingen. Allereerst de dikte of lengte van de snijbonen: hoe dunner, hoe sneller ze garen. Jonge en verse bonen hebben minder tijd nodig dan oudere exemplaren die wat uitgedroogd zijn. Ook hoe gaar je ze wilt: een beetje knapperig vraagt om korter koken. Gebruikers van kooksites raden aan tijdens het koken regelmatig te proeven met een vork om te checken of de textuur goed is.
Tot slot speelt de bereidingswijze een rol: stomen, roerbakken of stoven verandert de timing. Stomen kan in minder water en korte tijd (bijvoorbeeld 5‑10 minuten), terwijl stoven of smoren juist iets meer tijd nodig heeft (12‑15 minuten).
Als je kiest om snijbonen te koken, begin met schoonmaken: was de bonen en snijd de harde uiteinden eraf. Bij oudere rassen kun je ook de draad verwijderen, bij moderne snijbonen is dat meestal niet nodig. Snijd ze in stukjes van 2 tot 3 centimeter voor gelijkmatige garing. Breng een pan met water en zout aan de kook, voeg de bonen toe, draai het vuur laag en laat ze zonder deksel zachtjes gaarkoken. Na circa 8 tot 12 minuten proef je of de bonen beetgaar zijn. Spoel ze daarna af met koud water om doorgaren te voorkomen en de kleur levendig te houden.
Wil je experimenteren? Gebruik dan andere methoden . Roerbakken bijvoorbeeld in 8‑10 minuten per stukjes met olie en knoflook of kruiden. Stomen duurt minder lang en behoudt meer kleur en smaak. Stoven of smoren werkt goed in gerechten met saus of tomaten. Ook dan geldt: regelmatig proeven om de structuur juist te krijgen.
Stel je snijdt bonen in stukken van 2 cm en kookt ze in water met zout. Na 6 minuten proef je: ze zijn knapperig maar nog iets te stevig. Geef ze nog 2 à 3 minuten. Bij dikkere bonen of geconserveerde vormen reken je op maximaal 12 minuten. Een bekende kookrichtlijn noemt 10 minuten als gemiddelde, met kortere tijden voor jongere snijbonen of fijne reepjes van 1 cm breedte.
Beperk dus de kans op papperige bonen door niet te lang te koken en het koken te stoppen met koud water. Houd rekening met de textuur die jij of anderen prettig vinden.
Er is geen vaste kooktijd die voor iedereen past, maar met een richtlijn van 6 tot 12 minuten zit je goed. Wil je stevige, beetgare snijbonen? Probeer dan 6 tot 8 minuten bij fijne reepjes. Dikke of hele bonen mogen gerust 10 tot 12 minuten meekoken. Altijd even proeven, dat is het advies dat regelmatig terugkomt. Zo blijft de kleur mooi en de structuur lekker. Goed klaarzetten, water, zout, geduld en smaak: dan komen de snijbonen op z’n best.
Snijbonen‑stamppot met spekjes en ui
Voor vier personen heb je nodig: ongeveer 500 gram gesneden snijbonen, 800 gram aardappelen, 150 gram spekreepjes, een gesnipperde ui, een klont boter, peper en zout.
Schil en kook de aardappelen in lichtgezouten water. Kook de snijbonen apart in een andere pan volgens de hierboven genoemde tijden (8 tot 10 minuten tot ze beetgaar zijn) en giet het kookvocht af. Fruit in een koekenpan de spekjes en ui tot ze lichtbruin zijn. Stamp de aardappelen met de boter en voeg de snijbonen toe. Schep de spekjes en ui erdoor. Breng op smaak met peper en zout. Dit gerecht serveer je meteen, eventueel met een scheutje melk of een klontje extra boter voor smeuïgheid. Smakelijk!