Wat is een paratha

Bij een paratha begint het met een deeg op basis van volkorenmeel (atta) of soms witte bloem. Het bijzondere zit ‘m in de techniek: het deeg wordt uitgerold, vervolgens wordt een laagje vet (zoals ghee of olie) aangebracht, dan wordt het verpakt of gevouwen en opnieuw uitgerold om de lagen te maken. Dankzij die techniek ontstaat de typische ietwat knapperige buitenkant en de gelaagde binnenkant waarin geur en smaak zich goed kunnen ontvouwen. De naam “paratha” komt van de woorden parat (laag) en atta (meel), dus letterlijk iets als “lagen van deeg”. In de supermarkt kun je soms voor-geproduceerde varianten vinden, bijvoorbeeld bij Spring Home of via Albert Heijn onder de diepvriesbroodjes-categorie.

Typen en variaties

Er bestaan twee brede groepen: de ongevulde (plain) paratha en de gevulde (stuffed) paratha. In het geval van ongevulde varianten blijft het bij het deeg, de vetlaag en de techniek van het maken van lagen. Bij de gevulde varianten wordt het brood voorzien van een vulling, bijvoorbeeld aardappel (aloo paratha), bloemkool (gobi paratha) of paneer (kaas). Regionaal kunnen de vormen verschillen: rond, vierkant of driehoekig. De bereidingswijze kan ook wat anders zijn per streek. Hierdoor kun je allerlei texturen tegenkomen: van vrij dik en stevig tot wat dunner. De paratha wordt vaak gegeten als onderdeel van een maaltijd, bijvoorbeeld met yoghurt, chutney of een curry erbij.

Waarom zelf maken of kiezen

Je kiest een paratha als je trek hebt in iets anders dan gewoon brood: meer karakter, structuur en smaak. Als je ‘m zelf maakt, kun je volop variëren met vulling, hoeveelheid vet, type meel, vorm en zelfs de dikte. Ook kun je kiezen hoe “gelaagd” je ‘m wilt hebben: meer lagen geven meer textuur. Als je koopt bij bijvoorbeeld Albert Heijn of in de diepvries komt, dan is het handig dat het broodje voor-gebakken of voorgevormd is, waardoor je sneller klaar bent. Bovendien is het makkelijk te combineren met zowel hartige als (verrassend genoeg) zoete vullingen of toppings.

Hoe maak je een paratha

Het begint met het deeg: meel, zout, water en vaak een beetje vet of olie. Laat het rusten zodat het meel zich kan ontspannen. Daarna wordt het uitgerold, bevet, gevouwen/gerold om die lagen te vormen, opnieuw uitgerold en tenslotte gebakken of gegrild op een pan of tava. Tijdens het bakken ontstaan kleine belletjes en bruine vlekjes, en het vet zorgt ervoor dat de laagjes loskomen en knapperig worden. Pagina’s met recepten geven stap-voor-stap instructies voor zowel plain als gevulde varianten. Bij gebruik van diepvriesparatha’s van AH-assortiment is vaak aangegeven dat je ze even in de pan of in de oven kunt opwarmen.

Waar kun je ‘m voor gebruiken

Je kunt een paratha inzetten als broodachtig element bij een maaltijd: denk aan als bijgerecht bij curry’s of stoofgerechten. Je kunt ‘m ook gebruiken als hoofdgerecht met vulling, of zelfs in plaats van een wrap. In de Nederlandse supermarkt kom je kant-en-klaar varianten tegen waarmee je sneller iets op tafel hebt. Zoek je een specifiek “paratha AH” product dan is de diepvriesvariant van Spring Home of vergelijkbaar merk beschikbaar. Of je nu kiest voor gemak of liever zelf aan de slag gaat, een paratha biedt variatie in je eetpatroon.

Een paratha blijkt meer te zijn dan simpel brood. Het combineert eenvoudige ingrediënten met een techniek die zorgt voor textuur en smaak. Of je ‘m maakt met vulling of niet, of kiest voor een supermarktvariant: er is ruimte voor aanpassing aan jouw voorkeur. Neem de tijd om te rollen, te bakken en te genieten van die lagen.

Recept: Basis paratha

Ingrediënten (voor ca. 4 stuks):

Bereiding:

  1. Meng het volkorenmeel, tarwebloem en zout in een kom. Voeg de gesmolten ghee of olie toe en meng kort. Voeg beetje bij beetje water toe terwijl je kneedt, tot je een soepel deeg hebt dat niet plakkerig is.
  2. Dek het deeg af met een vochtige doek en laat 20-30 minuten rusten.
  3. Verdeel het deeg in 4 gelijke bolletjes. Rol elk bolletje uit op een licht bebloemd werkvlak tot een cirkel van circa 15 cm diameter.
  4. Bestrijk de cirkel met een dun laagje olie of ghee. Vouw of rol het deeg volgens jouw voorkeur (bijv. in een rechthoek vouwen of loopen tot een spiraal) om lagen te vormen. Bestuif licht met bloem en rol uit tot zo’n 18-20 cm.
  5. Verhit een koekenpan of griddle op middelhoog vuur. Leg een uitgerolde paratha in de pan. Wanneer er belletjes ontstaan, draai om. Bestrijk de bovenkant met een beetje ghee of olie en draai terug. Bak tot beide kanten netjes goud-bruin zijn en de lagen zichtbaar loskomen. Herhaal voor de overige paratha’s.
  6. Serveer meteen warm. Lekker met yoghurt, chutney of als bijgerecht bij een curry.

Met dit basisrecept kun je ook variëren: voeg bijvoorbeeld fijngehakte spinazie, koriander of gekruide aardappelvulling toe en maak er een gevulde paratha van. Zo wordt het eenvoudig je eigen versie.


 

Bekijk per categorie
Meest gelezen